Tijdig versoberde NOW 4.0 aanvragen
23 augustus 2021 

Tijdig versoberde NOW 4.0 aanvragen

Tijdig versoberde NOW 4.0 aanvragen

Tot 30 september 2021 kunt u nog NOW-subsidie aanvragen voor de periode juli tot en met september 2021. Dit is de zesde en laatste aanvraagperiode. Ten opzichte van eerdere aanvraagperiodes zijn er enkele belangrijke wijzigingen. 



Lees meer over onze MKB diensten 

U kunt in de laatste NOW-periode namelijk maximaal 80% omzetverlies opvoeren in uw aanvraag, ook als u meer omzetverlies verwacht of uw werkelijke omzetverlies groter is. Het omzetverlies was in de eerdere aanvraagperiodes niet begrensd. Daarnaast is de referentiemaand februari 2021 geworden in plaats van juni 2020 en geldt er een aanvullende voorwaarde voor het uitkeren van bonussen en dividenden. Deze laatste voorwaarde is voor u van belang als u een NOW-voorschot van meer dan € 125.000 hebt ontvangen, of als uw definitieve subsidiebedrag op minimaal € 125.000 wordt vastgesteld. In die gevallen bent u verplicht om bij de NOW-aanvraag een overeenkomst te sluiten met een personeelsvertegenwoordiging over het bonus- en dividendbeleid. 

Hebt u ook TVL ontvangen? Dan telt deze subsidie niet mee als omzet voor NOW 4.0. Dit geldt met terugwerkende kracht ook voor NOW 3.0 (derde tot en met vijfde aanvraagperiode). De TVL telt wel mee als omzet voor NOW 1.0 en NOW 2.0. 

Gewijzigd controlesysteem

Ook zijn er enkele aanpassingen gedaan in het controlesysteem van de NOW-regeling, waardoor de administratieve lasten voor u zijn verminderd. Zo is voor NOW 4.0 en NOW 3.0 het drempelbedrag waarbij een derdenverklaring verplicht is, verhoogd naar € 40.000 voor zowel het voorschot (was: € 20.000) als het definitieve subsidiebedrag (was: € 25.000). De bovengrens van € 125.000 - waarboven een accountantsverklaring verplicht is - blijft gelijk, maar geldt ook voor het voorschot (was: € 100.000). Bij NOW 3.0 en NOW 4.0 moet u dus tussen € 40.000 en € 125.000 een derdenverklaring aanleveren. 

Tip

De NOW-regeling is een complexe regeling, zo is gebleken. Wilt u voor de periode juli tot en met september NOW-subsidie aanvragen, vraag dan uw adviseur om u daarbij behulpzaam te zijn.

Dien tijdig verzoek in voor definitieve berekening NOW 1.0

Als u over de eerste aanvraagperiode (maart, april en mei 2020) een voorschot NOW-subsidie hebt ontvangen, moet u uiterlijk 31 oktober 2021 bij het UWV een aanvraag indienen voor de definitieve berekening van de NOW-subsidie over deze periode. Daarvoor kunt u gebruikmaken van een speciaal formulier. Nu lijkt de datum van 31 oktober a.s. mogelijk nog ver weg, maar besef dat u de nodige documenten moet verzamelen en meesturen. Ook kan het zijn dat u een accountantsverklaring of derdenverklaring moet bijvoegen. Uw accountant of financieel adviseur heeft voldoende tijd nodig om deze verklaring op te stellen. Bovendien hebben zij het momenteel erg druk. Dus kom op tijd in actie. Als u de definitieve berekening niet op tijd aanvraagt, loopt u het risico dat u de ontvangen NOW-subsidie volledig moet terugbetalen. 

Controleer definitieve LIV/LKV-beschikkingen 2020

Uiterlijk eind juli heeft u de definitieve beschikkingen Lage-Inkomensvoordeel (LIV) en het Loonkostenvoordeel (LKV) ontvangen van de Belastingdienst. Het is verstandig om deze goed te (laten) controleren en te vergelijken met de gegevens in uw loonadministratie. Zijn bijvoorbeeld de correcties op de voorlopige beschikkingen die vóór 1 mei jl. zijn doorgegeven, goed verwerkt? Zijn alle kwalificerende werknemers meegenomen in de beschikking of zitten er fouten in de berekening? 

Constateert u fouten in de definitieve beschikking, zorg er dan voor dat u binnen zes weken bezwaar maakt of laat maken. 


Lees meer over onze MKB diensten 

Einde levensloopregeling nadert

Werknemers die hun levenslooptegoed niet vóór 1 november 2021 hebben opgenomen, moeten over het tegoed in één keer afrekenen met de Belastingdienst. De bank of instelling waarbij de werknemers het levenslooptegoed aanhouden, moeten over het tegoed loonheffing inhouden en afdragen. Bij opnames tot 1 november 2021 moet de (ex-)werkgever de loonheffing inhouden en afdragen. Deze datum was aanvankelijk 31 december 2021, maar is vervroegd naar 1 november 2021. Hierdoor kunnen de levensloopregelingen voor het einde van 2021 worden afgewikkeld. De bank is geen premies werknemersverzekeringen en geen inkomensafhankelijke bijdrage Zorgverzekeringswet verschuldigd over het levenslooptegoed. Maar als de werknemer het tegoed vóór 1 november 2021 opneemt, blijft de (ex-)werkgever inhoudingsplichtig voor de loonheffing. Ook is de werkgever dan wel premies werknemersverzekeringen en de inkomensafhankelijke bijdrage Zorgverzekeringswet verschuldigd. Het kan dus voordelig zijn voor de werkgever als de werknemer zijn tegoed niet voor 1 november 2021 opneemt.

Let op

De uitbetaling van het levenslooptegoed kan voor een werknemer gevolgen hebben voor inkomensafhankelijke regelingen, zoals toeslagen.

Verwerking in IB-aangiften

De bank past geen heffingskortingen – dus ook geen levensloopverlofkorting – toe bij de inhouding van de loonheffing. De werknemer kan de heffingskortingen in de aangifte inkomstenbelasting 2021 toepassen. Het tegoed wordt als loon uit tegenwoordige dienstbetrekking belast volgens de witte tabel voor bijzondere beloningen. Was de werknemer op 1 januari 2021 61 jaar of ouder, dan wordt de levensloopuitkering aangemerkt als loon uit vroegere dienstbetrekking en belast volgens de groene tabel bijzondere beloningen.

Tip

De enige mogelijkheid om aan directe belastingheffing over het tegoed te ontkomen, is de levensloopaanspraak omzetten in een pensioenaanspraak. De pensioenregeling van de betrokken werknemer moet dan wel voldoende fiscale ruimte bieden om de extra storting vanuit het levenslooptegoed op te kunnen vangen. 

Vraag tijdig subsidie praktijkleren aan

Heeft u in uw bedrijf in het studiejaar 2020/2021 praktijk- of werkleerplaatsen aangeboden? U kunt dan tot en met 16 september 2021 een subsidie van maximaal € 2.700 per gerealiseerde praktijk- of werkleerplaats aanvragen als tegemoetkoming in de begeleidingskosten. Deze Subsidieregeling praktijkleren is bedoeld om mensen beter voor te bereiden op de arbeidsmarkt en richt zich vooral op kwetsbare groepen, studenten in sectoren met een dreigend tekort aan gekwalificeerd personeel en op wetenschappelijk personeel. De voorwaarden om hiervoor in aanmerking te komen, verschillen per categorie.  

Coulance bij coronasluiting

De hoogte van de subsidie praktijkleren hangt af van het aantal weken dat u een leerling of student hebt begeleid. U kunt door de coronamaatregelen te maken hebben gehad met gedwongen sluiting, waardoor u de leerling of student niet hebt kunnen begeleiden. Deze gemiste begeleidingsweken worden niet in mindering gebracht op de subsidie als u sinds 16 december 2020 met gedwongen sluiting te maken hebt gehad. Dit geldt ook als u sindsdien uw bedrijf moest sluiten omdat voortzetting, met inachtneming van de RIVM-richtlijnen, niet verantwoord was. 

U kunt alleen subsidie krijgen voor de duur van de opleiding. Voor bijvoorbeeld een 2-jarige opleiding krijgt u 2 jaar subsidie. Door de coronamaatregelen wordt die duur in het studiejaar 2020/2021 mogelijk overschreden. Omdat u daar niets aan kunt doen, wordt er dit studiejaar geen rekening gehouden met de duur van de opleiding.

Tip

De Subsidieregeling praktijkleren is uitgebreid met een extra subsidie voor BBL-leerplekken in de sectoren landbouw, horeca en recreatie.



Lees meer over onze MKB diensten